Media
Het magazine Gezond uit Nederland interviewde me omtrent beweegverslaving.
0 Comments
‘Bigorexia’ maakt slachtoffers: hoe de jacht op spiermassa een massa ellende kan verbergen26/11/2024 De Morgen interviewde me omtrent de prevalentie, verschijnen en behandeling van bigorexia.
Bron: https://www.demorgen.be/beter-leven/bigorexia-maakt-slachtoffers-hoe-de-jacht-op-spiermassa-een-massa-ellende-kan-verbergen~b25e6eeb/ Obsessief trainen, proteïnen tellen en spiermassa najagen: het leven van heel wat jonge mannen is verschrompeld tot ‘bigorexia’. ‘Niet alleen de omgeving en hulpverleners maar ook professionals in de sportwereld moeten meer aandacht hebben voor deze aandoening.’ Barbara Debusschere Elke dag een zware sessie gewichtheffen. Je spierbundels keuren in de spiegel en ze altijd te smal vinden. Eindeloos porties mager kippenwit en eieren verorberen en altijd het eigeel weghalen. Panikeren wanneer de mouw van je T-shirt plots rond je arm floddert. Je herinneren hoe je als kind werd gepest omdat je er ‘meisjesachtig’ uitzag. Nog harder trainen, nog meer kippenwit eten en eiwitshakes drinken. In een tunnel van zelfhaat belanden die steeds zelfdestructiever wordt. Zo ziet het beklemmende leven van Nicky eruit, een gespierde puber die verbeten probeert om nog grotere spieren te kweken. Hij is het hoofdpersonage in de kortfilm I, Adonis van de Nederlandse filmmaker Angelo Raaijmakers (31). De internationaal gelauwerde film, te zien op YouTube, toont treffend wat ‘bigorexia’ is. Die stoornis, die volgens onderzoek minstens twee procent van de bevolking treft, brengt vooral jonge mannen in de problemen. In de DSM, het handboek voor psychiaters, valt ‘spierdysmorfie’ onder de ‘obsessief-compulsieve stoornissen’ en meer specifiek onder de lichaamsdysmorfie-stoornissen’: een zodanig verstoord lichaamsbeeld hebben dat je een obsessieve drang voelt om je lichaam te veranderen. “Bij bigorexia ervaar je dat je lichaam te klein en niet gespierd genoeg is, terwijl je erg gespierd bent”, zegt klinisch sportpsycholoog Cedric Arijs. “Deze mensen blijven proberen hun lichaam zo enorm mogelijk te maken.” Doorgaans gaat het om mannen vanaf een jaar of vijftien. Ze lijden onder het gevoel dat hun lichaam niet is zoals het zou moeten zijn en dat leidt tot onder andere overtraining, blessures, verslaving aan eiwitsupplementen, steroïden en anabolica, zichzelf de hele tijd bekijken en beoordelen in de spiegel. Vaak zijn deze mannen zo hard bezig met trainen en voeding dat ze sociale activiteiten mijden. Arijs: “Door de obsessie met trainingsschema’s en voeding verschrompelt de rest van hun leven en krijgen sommigen relationele en professionele problemen. En wanneer ze door blessures even niet kunnen trainen, vallen deze jonge mannen in een diep, zwart gat.” In Raaijmakers’ film mondt de fixatie uit in een plastische horrorscène. “Die is niet eens zo overdreven”, zegt de filmmaker, die zelf rond zijn 23ste aan bigorexia leed. “Er zijn mannen die een soort olie in hun spieren spuiten om ze groter te doen lijken, waardoor ze riskeren dat hun spieren afsterven.” I, Adonis dateert van 2021, maar Raaijmakers merkt dat er nu pas aandacht komt voor bigorexia. Dat is volgens experts geen moment te vroeg. Zij hebben namelijk een vermoeden dat de geschatte prevalentie van twee procent een onderschatting is. Ook lijkt het erop dat sociale media ervoor meer jonge mannen in de val van bigorexia doen trappen. “Deze aandoening voorkomen is erg lastig wanneer jongens de hele tijd beelden zien van zogenaamd perfecte lichamen die vaak fake zijn”, zegt Arijs. “Vooral jongens met mentale kwetsbaarheden riskeren dan bigorexia te ontwikkelen.” Dat is eveneens te zien in I, Adonis en gebaseerd op Raaijmakers’ ervaring. “Ik ben als kind gepest en toen mijn vrienden sterk en groot begonnen te worden, zag ik er nog altijd mager en weinig mannelijk uit”, zegt hij. “Dat heeft zeker meegespeeld. Ook in de verhalen van anderen komen kwetsbaarheden uit het verleden terug.” Een andere reden waarom er meer aandacht voor moet komen, is dat bigorexia moeilijk vast te stellen is. Want sporten is toch gezond? “De grens tussen veel sporten, wat aanbevolen wordt, en ziekmakend obsessief gedrag, is niet altijd duidelijk”, zegt Arijs. “Deze jonge mannen zien er sterk en goed uit en krijgen daar vaak complimenten voor. Daardoor wordt er vaak pas laat hulp gezocht”, zegt Arijs. Bij Raaijmakers ging er een lampje branden toen hij 5000 calorieën per dag at, moest overgeven en daarna opnieuw ging koken omdat hij zo graag nog meer spieren wilde. “Maar ik heb gemerkt dat andere mannen gewoon blijven doorgaan”, zegt hij. Herstellen van bigorexia is zeker mogelijk, zoals je kan lezen in de persoonlijke getuigenissen op de website van de Britse organisatie Body Dysmorphic Disorder Foundation, die is opgericht door ex-patiënten. Maar dan moet er wel ziekte-inzicht zijn, waarbij je ziet dat je lichaam en leven lijden onder de obssie. Dat blijkt lastig. “Achter bigorexia schuilt heel vaak een vertekend zelfbeeld met relatief weinig zelfvertrouwen”, zegt sportarts Adelheid Steyaert (UZ Gent). “Het is niet altijd evident om tot dat inzicht te komen of toe te laten.” Is die horde wel genomen, dan kan cognitieve gedragstherapie helpen om patiënten anders te laten kijken naar hun lichaam en gedrag, om af te kicken van spiegels en complimenten en om voedingsschema’s en trainingen af te bouwen. Maar niet alleen psychologen spelen een rol, benadrukt Arijs. Hij vindt het belangrijk dat ook sportartsen, coaches, kinesisten en mensen in de fitnessindustrie alert zijn. “Peil naar het mentaal welzijn van iemand die zeer veel traint, altijd maar terugkomt met blessures of steeds zwaardere trainingen vraagt zonder ooit tevreden te lijken”, zegt hij. “Vraag eens aan die man hoe hij zich voelt. Soms zit er psychisch lijden verstopt onder die indrukwekkende spierbundels.” Interview voor de online krant van het UZ Gent
Dialoog - Oog voor obsessief opgepompte spieren - UZL 159 | juni – juli – augustus 2024 (uzgent.be) AAN HET WOORD
Steeds meer jongeren doen fanatiek aan krachttraining in fitnesscentra. Dat lijkt een gezonde evolutie, maar een overmatige focus op spiermassa kan ook hun lichaamsbeleving verstoren. Sommigen drijven het zo ver dat hun sociaal leven stilvalt. Vanaf wanneer spreken we van bigorexia nervosa? En hoe begeleiden we jongeren die daarnaar dreigen af te glijden? Adelheid Steyaert: 'We zien nog altijd meer jongeren die te weinig sporten dan jongeren die te veel sporten. Maar ik merk wel een nieuwe trend van 15- à 17-jarige jongens die met hun ouders naar ons komen omdat hun omgeving zich zorgen maakt. Zij hebben nog geen bigorexia maar ze trainen wel zeer intensief zonder dat ze de juiste achtergrondkennis hebben — en dat houdt zeker risico's in. Ze laten zich leiden door digitale kanalen en schatten amper in wat een betrouwbare informatiebron is. Die groep heeft nood aan opvolging, om te vermijden dat het ontspoort.' Cedric Arijs: ‘Dat klopt. De prevalentie van bigorexia is nog onvoldoende in kaart gebracht, maar een Australische studie uit 2022 spreekt over 2 procent. Bigorexia nervosa of muscle dismorphia valt onder de obsessief-compulsieve stoornissen, waarbij patiënten een vertekend beeld van hun lichaam hebben en de grootte en vorm van hun spieren verkeerd inschatten. Zoals een anorexiapatiënt die zichzelf in de spiegel ondanks ondergewicht nog te dik vindt. Bigorexia vertoont ook veel gelijkenissen met beweegverslaving. Patiënten hebben geen mentale vrijheid meer omdat hun sportdrang zodanig overheerst dat hun sociale, school- of werkactiviteiten eronder lijden. Ze vergelijken zich overmatig met anderen en krijgen last van moodswings, schuldgevoelens en frustraties als ze niet sporten of iets minder gezond eten.’ Guy T’Sjoen: 'Bij de dienst Endocrinologie klopt deze patiëntenpopulatie vooral aan met hulpvragen rond anabolicagebruik of de bijwerkingen daarvan, bijvoorbeeld op het vlak van fertiliteit. Een recente studie becijferde dat van alle mensen die naar de gym gaan, 2,5 procent verboden middelen gebruikt. Dat is heel veel. Toegegeven, kortdurend anabolicagebruik veroorzaakt op endocrinologisch vlak doorgaans weinig problemen. Maar er is geen kwaliteitscontrole op die producten. Je weet dus niet wat je binnenkrijgt. Sommigen nemen zelfs nieuwe preparaten die alleen op muizen zijn getest.' Adelheid Steyaert: 'De algoritmes van TikTok en Instagram-fitfluencers hebben een gigantische impact. Jongeren worden digitaal een soort tunnel ingezogen. Ze horen tips zoals dat ze alleen eiwitten mogen eten en alle suiker moeten bannen, wat nonsens is. Er is niets fout met krachttraining voor jongeren die nog niet volgroeid zijn, maar je moet het wel met een verantwoorde omkadering doen, met oog voor evenwichtige voeding, voor overbelasting, voor het mentale aspect, enzovoort. Ik probeer jongeren meestal warm te maken om een paar keer onder begeleiding van onze kine's te trainen, zodat ze ontdekken wat gezond trainen is. Als het even kan, geven we hen ook info over gezonde voeding mee.' Er is niets fout met krachttraining voor jongeren die nog niet volgroeid zijn, maar je moet het wel met een verantwoorde omkadering doen. PROF DR. ADELHEID STEYAERT 'Ik zie een aantal gelijkenissen tussen bigorexia en RED-S (Relatieve Energy Deficiency in Sport), zoals het medisch contact zoeken als er blessures zijn of de prestaties niet meer verbeteren. Ook de therapie is gelijklopend, met een intensieve multidisciplinaire aanpak. Zowel bij RED-S als bij bigorexia moet je een breed multidisciplinair team inzetten met een arts, een psycholoog, een diëtist en een kinesist. Het probleem is dat daar in België geen kader voor bestaat. Dit soort patiënten help je niet in een consultatie van 15 minuten. Eerst praat je lang met de patiënt en zijn naasten, en dan moet je ook nog het hele behandelteam op dezelfde lijn krijgen. Anders spelen deze patiënten je tegen elkaar uit om toch maar hun ding te blijven doen.' Cedric Arijs: 'Studies tonen ook bij bigorexia een positief effect van antidepressiva, maar die genieten zeker niet de eerste voorkeur. Het meest aangewezen is cognitieve gedragstherapie, waarbij je ziekte-inzicht aanleert en oefent om obsessieve gedachten in perspectief te plaatsen. Zo kunnen patiënten bepaalde gedachten leren veranderen en weer vrijheid voelen. Laat hen enkele keren trainen zonder spiegels, weegschalen of trainingsschema's. Dat wringt in het begin, maar zo leren ze weer te genieten van een beweegmoment en merken ze dat hun lichaam niet zo snel verandert als ze vrezen. Een andere uitdaging is dat ze zichzelf opnieuw leren zien zoals ze zijn. Daarvoor is het nuttig om hun omgeving in te schakelen en hen terug een normaal lichaamsbeeld te geven ten opzichte van de valse perfectie online.' Guy T’Sjoen: 'Ik merk dat het bij patiënten met langdurig anabolicagebruik moeilijk blijft om de poort naar een gesprek met de psycholoog te openen. Velen beschouwen het sporten zelf als een vorm van therapie. Als je polst wat hen drijft om ongezonde praktijken toe te passen, vermijden ze het om naar de kern te gaan. Spreken over je zelfbeeld is een moeilijk onderwerp, en misschien wel extra voor tienerjongens. Terwijl zij net zeer gevoelig zijn voor irrealistische schoonheidsidealen die ze via Instagram of films binnenkrijgen. In onze maatschappij wordt er wel al iets vaker gepraat over body positivity en de utopie van het perfecte lichaam, maar tot hiertoe gaat dat bijna alleen over het vrouwelijk lichaam. Terwijl bodyshaming ook bij jongens aanwezig is. Misschien moeten we dringend daarover het debat eens aanzwengelen.' |
In DE MediaAf en toe word ik gevraagd mijn opinie te geven of een gebeurtenis toe te lichten vanuit mijn expertises. Topics
All
ARCHIEF
November 2024
|
LOCATIES:
|
CONTACT INFO- Boek een afspraak -
MAIL: [email protected] TEL.: +32(0)496/34 73 80 (laat zeker een voicemail na) Inschrijven op de nieuwsbrief |